← Kennisbank / Wijkverpleging / Eisen aan zorgaanbieders in de wijkverpleging

Aan welke eisen moeten startende zorgaanbieders Zvw voldoen?

Wat heb je aan dit artikel?

Na het lezen van dit artikel weet je in hoofdlijnen waar zorgaanbieders die zorg verlenen vanuit de Zorgverzekeringswet aan moeten voldoen. De generieke eisen die gelden aan de organisatie, aan kwaliteit en aan de zorgverlening zijn beknopt in dit artikel benoemd.

Dit artikel is niet uitputtend, in de zin dat eisen aan individuele zorgaanbieders (zoals bijvoorbeeld eisen aan een gebouw) niet zijn opgenomen. Ook eisen aan contractering komen in dit artikel niet aan de orde omdat ze jaarlijks en per verzekeraar, zorgkantoor of gemeente kunnen verschillen (zie hiervoor de overzichten van contractseisen die we jaarlijks op de ledenwebsite publiceren).

SPOT Kennisbank

Wmo

Eisen aan Zvw-zorgaanbieders

Melden en/of een vergunning

Op grond van de Wet toelating Zorgaanbieders (Wtza) moeten alle nieuwe zorgaanbieders in de Zvw zich melden bij het CIBG. Deze melding wordt doorgezonden aan de Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd (IGJ).
Melden kan hier.

Soms moet een zorgaanbieder naast de melding ook een vergunning aanvragen. Een vergunning moet worden aangevraagd door Zvw zorgaanbieders met meer dan 10 zorgverleners. Het gaat hier om natuurlijke personen, het maakt niet uit of het parttimers of fulltimers zijn. Medewerkers met een 0-urencontract die soms zorg verlenen tellen mee, stafmedewerkers, vrijwilligers en stagiaires niet. Ook zorgverleners die via een onderaannemer voor de zorgaanbieder werken tellen mee.

Als een zorgaanbieder die over een vergunning dient te beschikken start met de zorgverlening zonder vergunning dan kan een boete worden opgelegd.
Aan de vergunningsaanvraag zijn kosten verbonden, de aanvraag kost anno 2024 € 725,-. Doorgaans wordt binnen 8 weken na ontvangst van de aanvraag besloten over het wel of niet verlenen van de vergunning.

De vergunningsplicht gaat (vermoedelijk vanaf 1 januari 2025) gelden voor alle Zvw zorgaanbieders, ongeacht het aantal zorgverleners.

Lees hier meer over de vergunningsplicht en het aanvragen van de vergunning.

Raad van toezicht of raad van commissarissen

Zvw zorgaanbieders met meer dan 10 zorgverleners moeten beschikken over een interne toezichthouder.
Meestal is dat de raad van toezicht of bij een BV de raad van commissarissen.
Een zorgaanbieder waar cliënten niet gedurende ten minste een etmaal verblijven en waar geen medisch specialistische zorg, persoonlijke verzorging, begeleiding of verpleging wordt verleend zijn verplicht om een interne toezichthouder in te stellen als ze meer dan 25 zorgverleners hebben.

De raad van toezicht of raad van commissarissen houdt toezicht op het beleid en de algemene en dagelijkse leiding van de zorginstelling. De raad moet bestaan uit ten minste drie personen. Een toezichthouder moet in staat zijn om deskundig en onafhankelijk toezicht kunnen houden.

De raad van toezicht moet te allen tijde een goed beeld hebben van de ontwikkelingen in de organisatie.
Gangbaar is dat het bestuur de raad van toezicht periodiek, meestal 2 tot 4 keer per jaar, informeert over de ontwikkelingen in de organisatie. Meestal moet de raad van toezicht ook goedkeuring verlenen voor de jaarrekening en begroting. In sommige organisaties nemen leden van de raad van toezicht soms deel aan vergaderingen van een personeelsvertegenwoordiging of ondernemingsraad.

Een veelgestelde vraag is hoe de zorgaanbieder geschikte leden voor het toezichthoudend orgaan vindt.
Geadviseerd wordt om een beroep te doen op personen uit het eigen netwerk of om een oproep in een lokaal dag- of weekblad te plaatsen. Kijk ook op www.wtzatoezicht.nl.

Zorgaanbieders vallen onder de Wet normering topinkomens (WNT). Voor de leden van de raad van toezicht geldt op grond van de WNT een bezoldigingsmaximum van 10% van het bezoldigingsmaximum van de organisatie. Voor een voorzitter van de raad van toezicht is dit 15%. Het bezoldigingsmaximum van de organisatie is afhankelijk van de klasse waarin de zorgaanbieder is ingedeeld.

Een model-reglement en functieprofielen voor leden van de raad van toezicht zijn te vinden in de SPOTdocs op de ledenwebsite van SPOT.

Goed bestuur

Zorgaanbieders in de Zvw moeten voldoen aan het kader Goed Bestuur van de IGJ en de NZa. In dit kader staan eisen aan de inrichting van de organisatie, bijvoorbeeld als het gaat om transparantie, openheid, administratie en veilige zorg.
Het kader Goed bestuur houdt nauw verband met de Wet toetreding zorgaanbieders (Wtza) en de Governancecode zorg 2022. De IGJ en de NZa gebruiken het kader als ijkdocument in hun toezicht.

Leden van SPOT moeten voldoen aan (bovenwettelijke) kwaliteitseisen die in een Kwaliteitsreglement zijn vastgelegd (zoals een certificeringseis, goede bereikbaarheid en transparante informatieverstrekking).

Governancecode zorg

De Governancecode zorg 2022 is een richtinggevend document en instrument voor zorgaanbieders om de governance van de organisatie zo in te richten dat die bijdraagt aan het waarborgen van goede zorg en aan het realiseren van de maatschappelijke doelstelling.

Er geldt een apart regime voor kleine organisaties (minder dan 50 medewerkers). In onderdeel B van het hoofdstuk ‘Toepassing in specifieke situaties’ staat dat deze organisaties goede zorg moeten leveren (principe 1, dit geldt overigens voor alle zorgaanbieders ongeacht de omvang) en zoveel mogelijk de waarden en normen uit principe 2 moeten toepassen.

Een groot deel van de uitgangspunten in de code komen terug in (aanstaande) wet- en regelgeving, zoals de Wet bestuur en toezicht rechtspersonen (WBTR), de Wet toetreding zorgaanbieders (Wtza) en in het kader Goed Bestuur. Zorgverzekeraars stellen de toepassing van de Governancecode Zorg doorgaans verplicht.
Mede om deze reden schrijft het Kwaliteitsreglement van SPOT voor dat leden conform de Governancecode zorg handelen.

Cliëntenraad

Op grond van de Wet Medezeggenschap Cliënten Zorg 2018 (Wmcz 2018) is het instellen van een cliëntenraad voor aanbieders van Zvw-zorg verplicht als er meer dan 25 zorgverleners zijn.

Cliëntenraden hebben advies- en instemmingsrecht over een aantal onderwerpen.
Praktische documentatie, zoals een model-Medezeggenschapsregeling, vindt u hier.

Geen animo?
In de praktijk zal het voor organisaties met een beperkt aantal cliënten vaak lastig zijn om personen te vinden die in de cliëntenraad zitting willen nemen. Een zorgaanbieder zal echter altijd moeten aantonen dat er voldoende inspanningen zijn verricht om personen te ‘werven’ voor de cliëntenraad. Dat kan bijvoorbeeld door overlegging van een recent bericht aan cliënten en hun vertegenwoordigers met een oproep om zitting te nemen in de cliëntenraad.
Als er geen personen zijn die in de cliëntenraad zitting willen nemen dan moeten de cliënten hierover worden geïnformeerd.

Vertrouwenspersoon

Werkgevers hebben op basis van artikel 7:611 Burgerlijk Wetboek en artikel 3.2 Arbeidsomstandighedenwet de wettelijke plicht een veilige werkomgeving te bieden aan werknemers. Het aanstellen van een vertrouwenspersoon is voor een werkgever een mogelijkheid om invulling te geven aan deze verplichting, maar aanstelling is (nog) niet verplicht.
Voor organisaties met meer dan 25 werknemers wordt het waarschijnlijk verplicht om een vertrouwenspersoon aan te stellen. In de loop van 2024 zal hierover meer duidelijk worden.

Zorgaanbieders die onvrijwillige zorg aanbieden (zorg uit de Wet zorg en dwang) moeten cliënten informeren over de mogelijkheid om een beroep te doen op een cliëntvertrouwenspersoon.

Vertrouwenslieden

Op grond van de Wet medezeggenschap cliënten zorginstellingen (Wmcz) moet een zorgaanbieder een commissie van vertrouwenslieden instellen die tot taak heeft om te bemiddelen of uitspraak te doen over geschillen tussen de zorgaanbieder en de cliëntenraad. De commissie moet bestaan uit drie leden, waarvan één lid door de zorgaanbieder wordt aangewezen, één lid door de cliëntenraad en één lid door de beide andere leden. De mogelijkheid bestaat dat de zorgaanbieder aansluit op een door één of meer cliëntenorganisaties en één of meer organisaties van zorgaanbieders ingestelde commissie van vertrouwenslieden.

SPOT heeft de aansluiting op een commissie van vertrouwenslieden voor haar leden georganiseerd.
Leden betalen dus geen aansluitkosten, uitsluitend de kosten van behandeling van een geschil.

Jaarverantwoording

Zorgaanbieders die Zvw-zorg verlenen moeten jaarlijks uiterlijk op 1 juni hun jaarverantwoording (via DigiMV) openbaar maken. In de jaarverantwoording staat hoe de zorgaanbieder publiek geld heeft aangewend en hoe de zorg, hulp- of dienstverlening en ondersteuning is georganiseerd.

De verantwoordingseisen zijn afhankelijk van de omzet van de organisatie. Zo hoeven kleine zorgaanbieders (balanstotaal < € 7.500.000,-, omzet < € 15.000.000,- en minder dan 50 medewerkers) geen accountantscontrole uit te laten voeren en een bestuursverslag aan te leveren.

Onvrijwillige zorg

Zorgaanbieders die onvrijwillige zorg willen aanbieden (zorg waarmee de cliënt of zijn vertegenwoordiger niet
instemt en zorg waarmee de vertegenwoordiger heeft ingestemd maar waartegen de cliënt zich verzet) moeten
op grond van de Wet zorg en dwang aan een aantal eisen voldoen. Verplichtingen zijn bijvoorbeeld:

  • inschrijving in het locatieregister;
  • opstellen van een beleidsplan Onvrijwillige zorg en daarnaar handelen;
  • benoemen van een onafhankelijke cliëntvertrouwenspersoon Wzd;
  • aanwijzen van een zorgverantwoordelijke Wzd;
  • aanwijzen van een Wzd-functionaris;
  • aansluiting op een Wzd-klachtenregeling (die is anders dan de Wkkgz klachtenregeling);
  • elk half jaar moet de zorgaanbieder een analyse van de toegepaste onvrijwillige zorg bij IGJ indienen. De analyse moet worden ondertekend door de Raad van Bestuur/Directie. Hier is een digitaal format voor opgesteld.

SPOT heeft de aansluiting op een Klachtencommissie Wzd voor de leden georganiseerd. In de SPOTdocs zijn diverse WZD model-documenten te vinden, zoals een model-beleidsplan en een profiel voor de zorgverantwoordelijke.

Winstuitkering

Dividenduitkering in de Zvw is onder beperkte voorwaarden toegestaan. Vanaf 1 januari 2025 wordt dividenduitkering door zorgaanbieders verder beperkt (ook verkapte uitkeringen zoals buitensporige vergoedingen)

Lees het standpunt van SPOT over winst in de zorg hier.

Zorgovereenkomst en algemene leveringsvoorwaarden

Zorgaanbieders moeten beschikken over een zorgovereenkomst en algemene leveringsvoorwaarden waarin de afspraken over de zorgverlening zijn vastgelegd. SPOT beveelt aan om gebruik te maken van de Tweezijdige Algemene Voorwaarden van de SER. Deze voorwaarden zijn opgesteld door zorgaanbieders en cliëntenorganisaties.
Het gebruik van deze Tweezijdige Algemene Voorwaarden wordt doorgaans ook door zorgverzekeraars voorgeschreven.

De Tweezijdige Algemene voorwaarden zijn hier te vinden (onder ‘Overleggroep Verpleging, Verzorging, Geboortezorg’) en kunnen op maat worden gemaakt voor de organisatie (via de linkjes naar het Word- document in de PDF-jes). De model-overeenkomsten bestaan uit een algemeen deel en een bijlage die specifiek betrekking heeft op de zorg die wordt aangeboden.

Aanbieders van woonzorg wordt aanbevolen om separate overeenkomsten voor de huur van een kamer of appartement en de aangeboden services te gebruiken. SPOT heeft modelovereenkomsten beschikbaar (in de SPOTdocs).

Personeelssamenstelling

De kwalificaties van de zorgverleners die aan de organisatie verbonden zijn moeten voldoende aansluiten op de zorg die geleverd wordt. Zorgkantoren, zorgverzekeraars en de Inspectie zien hierop toe. Zorgaanbieders moeten kunnen aantonen dat hun medewerkers bevoegd en bekwaam zijn om de zorg te verlenen. Dat kan ondermeer door het overleggen van diploma’s, ervaringscertificaten (EVC) of certificaten van gevolgde trainingen. Dit vereist een gedegen registratie van de diploma’s en certificaten per zorgverlener en een goed opleidingsprogramma.

SPOT organiseert regelmatig (geaccrediteerde) trainingen om de vakbekwaamheid te vergroten. Ook heeft SPOT een eigen Leermanagementsysteem (LMS) waar medewerkers tegen een schappelijke vergoeding online cursussen kunnen volgen.
Op de evenementenkalender op de website van SPOT ziet u welke trainingen worden aangeboden.
Meer informatie over het LMS leest u hier en op de ledenwebsite.

Voor de verpleeghuiszorg gelden normen voor de personeelsbezetting op specifieke momenten, bijvoorbeeld de aanwezigheid van minimaal 2 zorgprofessionals bij intensieve zorgmomenten en de beschikbaarheid van een verpleegkundige 24 uur per dag, zeven dagen per week. Deze norm is opgenomen in hoofdstuk 6.2 van het Kwaliteitskader Verpleeghuiszorg.

Vergewisplicht

Alle Zvw-zorgaanbieders moeten controleren of een nieuwe medewerker geschikt is om de zorg te verlenen, dit wordt de vergewisplicht genoemd. Dit betekent dat u voorafgaand aan indiensttreding niet alleen moet controleren of de zorgverlener over de juiste diploma’s en/of certificaten beschikt maar ook onderzoek moet doen naar het arbeidsverleden van een sollicitant. Bijvoorbeeld door referenties op te vragen en te controleren.

De vergewisplicht heeft betrekking op medewerkers die beroepsmatig zorg verlenen en is dus niet van toepassing op vrijwilligers of mantelzorgers, wel op uitzendkrachten die zorg verlenen.

Bij het in dienst nemen of inhuren van een verpleegkundige, specialist ouderengeneeskunde, gezondheidszorgpsycholoog of een physician assistant moet u controleren of de zorgverlener is ingeschreven in het BIG-register.

U kunt als onderdeel van de vergewisplicht ook bij de Inspectie navraag doen of de desbetreffende zorgverlener een aantekening van disfunctioneren heeft.

AGB code

Een AGB code is nodig om zorg bij een zorgverzekeraar of zorgkantoor te kunnen declareren. Onderaannemers hebben geen AGB code nodig.
Er zijn drie verschillende soorten AGB codes, voor zorgverleners, ondernemingen en vestigingen.

Medezeggenschap

Organisaties met 50 of meer medewerkers moeten een ondernemingsraad (OR) hebben. De ondernemingsraad (OR) behartigt de belangen van het personeel in een onderneming. De OR mag ook meepraten over bedrijfseconomische beslissingen van de directie.

Organisaties met minder dan 50 medewerkers moeten een personeelsvertegenwoordiging (PVT) hebben als de meerderheid van de werknemers daar om vraagt. Heeft een bedrijf geen OR of PVT? Dan moet de directie het personeel regelmatig inspraak en informatie geven op personeelsvergaderingen (PV).

Klachten en geschillen

Elke aanbieder die Zvw-zorg levert moet een klachtenregeling en een klachtenfunctionaris hebben en aangesloten zijn bij een Geschilleninstantie. Ook moet een zorgaanbieder een systeem hebben waarin incidenten worden geregistreerd. Lees hier meer over de eisen die de Wet kwaliteit, klachten en geschillen zorg (Wkkgz) stelt.

SPOT heeft een klachtenregeling waarop alle leden kunnen aansluiten. Ook heeft SPOT de klachtenfunctionaris en de aansluiting bij de Geschilleninstantie voor leden georganiseerd.

Zorgleefplan

Zorgaanbieders in de Zvw zijn verplicht om voor elke cliënt een Zorg(leef)plan op te stellen. In het zorgleefplan worden de afspraken tussen cliënt en zorgaanbieder over de zorg vastgelegd. De vragen, behoeften of doelen van de cliënt staan centraal. Ook worden in het zorgleefplan de acties, voortgang en evaluaties genoteerd.

In de Richtlijn Verpleegkundige en verzorgende verslaglegging staat op welke wijze de zorg moet worden geregistreerd. Het kan zijn dat de zorgverzekeraar aanvullende eisen stelt v.w.b. de registratie van de zorg, deze eisen staan in de zorgovereenkomst.

Arbeidsvoorwaarden

Zorgaanbieders die Zvw-zorg leveren vallen onder de cao VVT. Deze zorgaanbieders moeten zich daarom houden aan de afspraken die in de cao zijn vastgelegd, bijvoorbeeld als het gaat om uitkering van de onregelmatigheidstoeslag (ORT), loonsverhogingen, vervroegd pensioen (RVU) en reistijdvergoeding.
Ook moeten zorgaanbieders gebruik maken van de FWG-functie indeling en functieprofielen.

Kwaliteitskaders

Het Kwaliteitskader Wijkverpleging beschrijft de minimale uitgangspunten van kwalitatief goede zorg. Het kader bevat geen beschrijving van het gehele zorgproces, maar beschrijft vanuit het perspectief van de cliënt wat deze mag verwachten, hoe professionals hieraan werken en hoe de organisatie dit faciliteert en organiseert.

Het Kwaliteitskader Wijkverpleging geldt voor alle zorgprofessionals in de wijk: verzorgenden, (gespecialiseerd) verpleegkundigen, verpleegkundig specialisten, wijkverpleegkundigen en andere zorgprofessionals.

Het Kwaliteitskader Wijkverpleging wordt vervangen door het Generiek Kwaliteitskompas (het Kwaliteitskompas). Het Kwaliteitskompas biedt meer ruimte voor een andere manier van kijken naar kwaliteit van bestaan en de rol van (mantel)zorg daarin. Naar verwachting wordt het Kwaliteitskompas medio 2024 van kracht.

Kwaliteitssysteem

De verplichting om een goed functionerend kwaliteitssysteem in stand te houden vloeit ondermeer voort uit artikel 7 van de Wet Kwaliteit, Klachten en Geschillen Zorg (Wkkgz). Zo zal de Inspectie bij een bezoek onderzoeken of de kwaliteit van de zorg (en de organisatie) systematisch wordt bewaakt en verbeterd.
De basis van een kwaliteitssysteem is een kwaliteitshandboek, een gebundelde set aan documenten die helpen om de kwaliteit van de zorg en de organisatie te monitoren en te verbeteren.

Er zijn diverse keurmerken speciaal voor de zorg ontwikkeld, zoals HKZ, Prezo, NIAZ en Kwaliteit@.
Het Kwaliteitsreglement van SPOT stelt ook kwaliteitseisen aan de leden, bijvoorbeeld als het gaat om het beschikken over een kwaliteitscertificaat en bereikbaarheid van de organisatie.

SPOT heeft een model-kwaliteitshandboek ontwikkeld dat is gebaseerd op de ISO/HKZ 2015 norm, maar ook uitstekend voor andere normen kan worden gebruikt (onderdeel van de SPOTdocs).

Verplichte informatie op websites

Voor elke rechtspersoon geldt dat bepaalde gegevens, zoals het KVK-nummer en bepaalde contactgegevens op de website moeten worden vermeld. Zorgaanbieders moeten bovendien inclusie- en exclusiecriteria op hun website opnemen (in welke gevallen kan een zorgvrager wel/niet bij de zorgaanbieder terecht) en informatie over de wijze waarop een klacht kan worden ingediend. Meestal is ook een cookiebanner verplicht.

Lees meer over de eisen in dit artikel.

SPOT heeft voor de leden een model-overzicht Uitsluitingscriteria gemaakt (in de SPOTdocs).

Medicatieveiligheid

Regels over het beheer en uitgifte van medicatie zijn niet als zodanig vastgelegd in een specifieke wet maar dienen onderdeel uit te maken van het veiligheidsmanagement in zorgorganisaties. Dat betekent dat elke zorgaanbieder maatregelen moet nemen om medicijnen verantwoord te verstrekken. De Veilige principes in de medicatieketen verpleging, verzorging en thuiszorg (VVT) zijn behulpzaam bij het opstellen van het medicatiebeleid. In de Principes is ook opgenomen wie verantwoordelijk is voor het beheer van de medicatie.
Lees hier meer over medicatieveiligheid.

Privacy

De Algemene Verordening Gegevensbescherming verplicht organisaties om persoonsgegevens te beschermen.
Omdat zorgaanbieders extra gevoelige gegevens verwerken, bijvoorbeeld het BSN van cliënten, moeten zorgaanbieders extra maatregelen nemen om de zorgvuldige verwerking van deze gegevens te garanderen. Zo moet in een Privacyverklaring zijn opgenomen welke gegevens door de zorgaanbieder worden verwerkt, op welke wijze de gegevens zijn beschermd en welke rechten de betrokkenen hebben. Daarnaast moet de zorgaanbieder verwerkingsovereenkomsten afsluiten met leveranciers die persoonsgegevens in opdracht van de zorgaanbieder verwerken, moet er een Register Verwerkingsactiviteiten worden opgesteld en moet er een procedure zijn voor datalekken.

Aanstellen van een Functionaris Gegevensbescherming (FG) is voor kleine zorgaanbieders niet verplicht.

SPOT heeft voor de leden een stappenplan met model-documenten gemaakt waarmee leden vrij eenvoudig hun privacybeleid kunnen vormgeven (onderdeel van de SPOTdocs).

Eisen aan informatiebeveiliging: NEN 7510

De Wet aanvullende bepalingen verwerking persoonsgegevens in de zorg (Wabvpz) stelt dat zorgaanbieders moeten voldoen aan de norm NEN 7510 bij het beheer, de beveiliging en het gebruik van een zorginformatiesysteem.
Certificering is niet verplicht maar de zorgaanbieders moeten wel handelen conform de norm en dat aantonen.

De systemen waarin cliëntgegevens worden verwerkt en de beveiliging daarvan moeten periodiek onafhankelijk worden getoetst. Die toetsing hoeft niet te worden uitgevoerd door een certificerende instelling maar kan ook worden uitgevoerd door een interne auditor (die niet zelf betrokken was bij de inrichting van het systeem en/of het beveiligingsbeleid) of een medewerker van een andere zorgaanbieder, mits de beoordelaar beschikt over voldoende kennis van informatiebeveiliging en de NEN 7510.

Antwoorden op veelgestelde vragen over NEN 7510 leest u hier.

Eisen aan e-mailbeveiliging

De norm NTA 7516 (wordt vervangen door de norm NEN 7516) beschrijft, als verdere uitwerking van de eisen in de NEN 7510, de functionele voorwaarden voor veilig e-mailverkeer in de zorg.
Uitgangspunt is dat het versturen van bijzondere persoonsgegevens, zoals een BSN of gezondheidsinformatie, zo min mogelijk per e-mail plaatsvindt. E-mails kunnen immers eenvoudig (soms onbedoeld) verder worden gedeeld.
In de zorg zijn er veel softwaretoepassingen die voldoen aan de NTA 7516 en waarmee cliëntgegevens veilig met zorgprofessionals (binnen en buiten de organisatie) en cliënten kunnen worden gedeeld.

Als er geen bijzondere persoonsgegevens per e-mail worden uitgewisseld dan is het niet nodig om het e-mailverkeer extra te beveiligen. In dit geval is het ook niet verplicht om de norm NTA 7516 toe te passen.

Meldcode Huiselijk geweld en kindermishandeling

Zorgverleners moeten (vermoedens van) huiselijk geweld en ouderenmishandeling soms melden bij Veilig Thuis.
In de meldcode Huiselijk geweld en kindermishandeling staat wanneer melding moet worden gedaan. Aan de hand van 5 stappen wordt vastgesteld of een melding moet worden gedaan bij Veilig Thuis en of er voldoende hulp kan worden ingezet. Het gaat hierbij niet alleen om vermoedens van fysiek geweld, maar ook om vermoedens van psychisch of seksueel geweld en vermoedens van verwaarlozing.

Er is een toolkit ontwikkeld om zorgaanbieders te helpen om de meldcode in te voeren en om er mee te werken.
De toolkit bestaat uit diverse hulpmiddelen, zoals afwegingskaders, een checklist en een signalenkaart.

Ontspoorde mantelzorg

Voor het melden van vermoedens van ontspoorde mantelzorg geldt er een apart stappenplan, het stappenplan
Handelen bij ontspoorde mantelzorg. Het stappenplan, een infoflyer en een signalenkaart om ontspoorde mantelzorg te herkennen vindt u hier.

Risico inventarisatie en evaluatie (RI&E)

Ieder bedrijf is verplicht om een Risico Inventarisatie & Evaluatie (RI&E) uit te voeren. Het opstellen van een Plan van Aanpak is een verplicht onderdeel van de RI&E. In bepaalde situaties geldt er een vrijstelling voor toetsing van de RI&E.
Een RI&E is een inventarisatie van de gevaren binnen een bedrijf met betrekking tot de veiligheid, de gezondheid en het welzijn van de werknemers. In de evaluatie wordt van deze gevaren een risico-inschatting gemaakt, waarbij gekeken wordt naar de kans dat een gevaar zich voordoet, het effect dat het teweeg brengt en de frequentie waarmee werknemers aan het gevaar worden blootgesteld.
In de RI&E moeten ook de arbeidsongevallen uit het verleden worden opgenomen.

In het Plan van Aanpak moet worden opgenomen welke risico’s zijn vastgesteld, welke maatregelen zijn of worden genomen, wat het verwachte effect is van die maatregelen, binnen welke termijn die maatregelen worden genomen en wie verantwoordelijk is voor de maatregelen.

Vrijstelling toetsing
Bedrijven met maximaal 25 werknemers hoeven hun RI&E niet te laten toetsen door een arbodeskundige als gebruik wordt gemaakt van een erkend branche RI&E-instrument. Voor de woonzorg en thuiszorg zijn er twee erkende RI&E-instrumenten: ZorgRIE (beheerd door KMO Solutions) en Pythia (beheerd door Triaspect).

Organisaties met ten hoogste 40 uur arbeid per week moeten een RI&E hebben, maar hoeven dat document niet te laten toetsen. Deze organisaties kunnen gebruik maken van de Checklist Gezondheidsrisico’s.
Organisaties met meer dan 25 werknemers moeten de RI&E laten toetsen door een gecertificeerde organisatie of arbodeskundige.

SPOT heeft diverse praktische hulpmiddelen beschikbaar voor leden, zoals een model-Plan van Aanpak, inventarisatielijsten, checklists en een stappenplan (onderdeel van de SPOTdocs).

Hygiëne

Verpleeghuizen, woonzorgcentra en voorzieningen voor kleinschalig wonen moeten voldoen aan hygiëne-eisen.
Deze eisen zijn opgenomen in de Hygiënerichtlijn.

Voordelen van een SPOT-lidmaatschap

Dankjewel voor je interesse in ons kennisbank-artikel. Als lid heb je toegang tot een schat aan extra informatie, waaronder waardevolle modeldocumenten en andere handige hulpmiddelen die je verder kunnen helpen.

Profiteer van de vele voordelen van een lidmaatschap:

  • Handige modeldocumenten: Direct bruikbaar en tijdsbesparend.
  • Netwerkmogelijkheden: Maak deel uit van een professionele gemeenschap van zorg-ondernemers.
  • Belangenbehartiging: Wij vertegenwoordigen jouw belangen bij gemeenten, verzekeraars en de landelijke politiek. We zorgen ervoor dat jouw stem wordt gehoord.

Sluit je vandaag nog aan bij Vereniging SPOT en ontdek hoe ons uitgebreide aanbod je verder kan brengen!